Kluun live

Help, ik heb een puber!

do 17 okt 2024 20:15

Bestel

Een show voor iedereen die thuis een puber, een pre-puber of een postpuber heeft. Of wie er zelf ooit eentje was. Een feest, of misschien beter een hel van herkenning. 

Kluun zijn bestseller staat al twee jaar in de top 60 met meer dan 120.000 verkochte exemplaren, de podcast behoorde meteen bij introductie tot de best beluisterde podcasts van Nederland en nu is Help, ik heb een puber! ook te zien bij ons in het theater.

In Help, ik heb een puber! neemt Kluun je aan de hand van zijn eigen puberteit én die van zijn kinderen mee langs alle obstakels die pubers onderweg tegenkomen. We ontdekken waarom pubers hun bed niet uit kunnen komen. Waarom ze stinken en dat zelf niet doorhebben. We gaan het hebben over hormonen, over puber- én ouderseks, over pubertaal, over drank&drugs en over de ontroerende onzekerheid van pubers van nu en toen.

Ik beloof het publiek dat ze na afloop veel meer mededogen hebben met de emotioneelste, gekste, levendigste, onzekerste, aandoenlijkste, roekelooste en redelooste wezens op deze aardbol.’ – Kluun

Over Kluun:
Kluun, bekend van zijn besteller Komt een vrouw bij de dokter, staat bekend om zijn humor, zelfspot en het doorbreken van taboes. Met twaalf boeken op zijn naam en meer dan twee miljoen verkochte exemplaren wereldwijd, is hij een gevestigde naam in de literaire wereld.

 

 

Houd deze pagina in de gaten voor het laatste nieuws omtrent deze voorstelling.

Rechtenvrij interview Help, ik heb een puber! - Kluun

“Ik ga mensen terug katapulteren naar de tijd dat ze zelf puber waren.”

Na het succes van de bestseller Help ik heb een puber! en de gelijknamige podcast, toert Raymond van der Klundert (Kluun) vanaf half september door het land met een solovoorstelling. In een komische one-man show neemt Kluun zijn publiek mee op de reis van kind naar volwassene en blikt daarbij ook terug op herkenbare onzekerheden en worstelingen uit zijn eigen puberteit.  
Door Yvanka van der Zwaan

Wat bracht je op het idee om, naast het boek en de podcast, ook een theatervoorstelling te maken?

‘Het onderwerp leent zich ervoor. Overal waar ik kom om over het boek ‘Help ik heb een puber! te vertellen, zit de zaal stampvol. Dat is ook niet zo gek als je je bedenkt dat iedere ouder vroeg of laat met de puberteit te maken krijgt en iedereen natuurlijk zelf ook ooit een puber is geweest. Daarbij merk ik dat ik het de laatste jaren steeds leuker vind om niet alleen maar voor te lezen, maar er meer theater van te maken. Dat merkte ik al toen ik ooit met Nightwriters op het podium stond, maar ook met de voorstelling die ik vorig jaar met Leon Verdonschot maakte over Bruce Springsteen. Ik voel mezelf ook meer een verteller dan een schrijver. Wat ik het allerleukste vind is als mensen zich vermaken én dat ze er ook nog iets van leren.’

En wat voor soort voorstelling kunnen we verwachten? 

‘Het wordt een grappige, ontroerende voorstelling. Ik neem het publiek mee naar mijn eigen jeugd en vertel over de tijd dat ik een heel verlegen en onzeker jongetje was. Als dertienjarige droomde ik ervan een coole jongen te zijn, met meisjes te zoenen en met de stoere jongens te hangen. In plaats daarvan zat ik onder de pukkels, groeide m’n krulhaar recht omhoog en droeg ik een bril. Een uiterlijk dat, zoals Gerard van het Reve het ooit zei “niet uitnodigend voor geslachtelijke gemeenschap kan worden genoemd”. Tot overmaat van ramp kreeg ik in die tijd de bijnaam ‘kluns’. Mijn hele zijn werd bepaald door mijn onzekerheid over mijn uiterlijk. Tot ik het podium ontdekte en mijn onzekerheid over mijn uiterlijk een minder belangrijke rol begon te spelen. Ik bleek ergens goed in te zijn en op een gegeven moment dacht ik “hee ik ben minder onzeker dan vorig jaar”. En dat is natuurlijk exemplarisch voor die periode: het gaat over. Als ouder en als puber kun je je dat soms niet voorstellen of je staat er simpelweg niet bij stil maar de puberteit duurt maar een tijdje en daarna wordt alles beter. Ik ga daarom ook een soort meditatie doen met het publiek waarbij we een sprong vooruit gaan maken, naar de periode waarin alle puberellende achter ons ligt. Dan zeg ik tegen de zaal: “straks als je thuiskomt ligt alle rotzooi die je gevraagd had eventjes op te ruimen er nog en je weet ook dat je je puber morgen weer niet uit z’n bed krijgt. Maar probeer je eens voor te stellen dat je een paar jaar verder bent, dat alles vanzelf is goed gekomen. Je zult zien, dan lach je hier om.” Dus naast het lekker lachen om en over pubers, zit er ook echt die vooruitblik in de show die hopelijk leidt tot wat optimisme.’  

Je neemt het publiek mee naar je eigen jeugd, betekent dit dat de voorstelling extra herkenbaar is voor leeftijdsgenoten?

‘Ik vertel over mijn eigen jeugd die zich eind jaren zeventig afpeelde maar het is niet specifiek geschikt voor leeftijdsgenoten. Het gaat over de reis van kind naar volwassenen en is in die zin voor alle ouders leuk. Ik ga mensen terug katapulteren naar de tijd dat ze zelf puber waren. Dat ze weer terug gaan denken aan hoe die periode eigenlijk voor henzelf verliep: “Hoe was ik ook alweer als brugklasser?” “Hoe was ik als 16-jarige?” Ik hoop dat de voorstelling door mijn verhalen en anekdotes, een spiegel vormt voor de eigen puberteit van het publiek.’

Met je voorstelling wil je mensen laten lachen maar ook laten reflecteren op hun eigen ervaringen als puber. Wat is in jouw ogen de grootste misvatting over pubers?

‘Dat pubers er iets aan kunnen doen dat ze zijn zoals ze zijn. Dat is niet waar. Het is het lichaam en het brein, die zijn nog niet af. Daarom zeg ik vaak: “heb een beetje mededogen, zorg dat ze in leven blijven en lach erom.” Een andere misvatting: dat de huidige puber veel ‘verder’ zou zijn dan wij ooit waren. Dat lijkt alleen maar zo. Ze doen wereldwijs, sprekend vloeiend Engels, pakken de trein overal naar toe en kunnen op hun telefoon allerlei dingen die wij niet snappen maar mentaal en fysiek zijn het dezelfde veertien- en vijftienjarige meisjes en jochies die wij waren. Omdat ze zo bijdehand lijken, wil niet zeggen dat het geen veertienjarige pubertjes zijn. We mogen best wat voorzichtiger zijn. Ze zijn misschien wel ietsje meer levenswijs dan wij vroeger maar niet zo levenswijs als ze zelf denken.’

Het boek Het boek help ik heb een puber! staat al bijna twee jaar onafgebroken in de bestsellerlijsten, gaan mensen die het boek al hebben gelezen nieuwe dingen horen of leren in de show?  

‘Ook als je het boek helemaal uit je hoofd kent, kun je nog prima naar de theatershow. De voorstelling is echt een nieuw verhaal, geen college over het boek. Margôt Ros, onder andere bekend van de komische televisieserie Toren C, is de regisseur en zij zegt ook: “Er moet zo weinig mogelijk inkomen wat al in het boek staat.” Ik ben dus al een maand of drie bezig met nieuwe teksten schrijven. Voor mij is deze show een soort kruising tussen twee vormen van creativiteit: die van het schrijven van een boek waar je iedere zin afweegt en die van de podcast waar ik gewoon roep wat me te binnen schiet.’

Met wat voor gevoel wil je dat mensen de zaal uitlopen?

‘Ik wil dat ze lekker veel gelachen hebben maar ook een beetje ontroerd zijn. Dat ze naar hun auto of fiets lopen en denken “ik ben niet de enige want bij Kluun en die mensen op de rij voor me, gaat het kennelijk ook allemaal mis”. En dat je daardoor ook meer accepteert en incasseert en misschien wel denkt “Ach wat is die egocentrische, stinkende, asociale puber van mij toch eigenlijk een schat”. Ik gun mensen de ontroering terug die ze vroeger hadden toen hun puber nog een baby was.

Lezersvragen

Onderwerp: contact

Vraag:

Het contact tussen mij en mijn zoon is sinds hij is gaan puberen zo slecht. Hij kijkt me nauwelijks aan en ik word gek van dat gemompel. Ik hoor van iedereen dat het over gaat, maar wat doe ik in de tussentijd? 

Reactie Kluun:

De meest voorkomende communicatievorm bij pubers is het blokantwoord. Pubers zijn daar meesters in. Ze verspillen liefst zo min mogelijk woorden aan mensen die er niet toe doen, zoals ouders. 

Was het leuk bij papa? ‘Ja hoor.’

‘Doe nou eens even je telefoon weg!’ ‘Zo meteen.’

‘Ik vind het niet fijn als je zo tegen me praat’ → ‘Dat is jouw probleem.’

‘Als je natte was zo laat liggen, gaat-ie stinken.’ → ‘O.’

Het blokantwoord is bot, maar toch heeft het wel degelijk nut. Het is een signaal dat het totaal zinloos is om het gesprek voort te zetten.

En toch kan het. Soms. Er zijn van die dagen. Ineens komt de puber uit school en wat denkt u: hij of zij begint te praten. Drie tips om een conversatie niet te verstoren. 

1. Laat het initiatief aan de puber

En zit dan stil, kijk, luister, knik af en toe en geniet. Koester de kruimels der conversatie met je puber. En onthoud: Een puber praat niet omdat/als jij dat wil. Een puber bepaalt zelf wel wanneer hij praat. Sta dus stand-by voor als hij of zij thuiskomt en toevallig wel ineens wil praten.

2. Onderbreek de puber niet

Zodra de puber gaat praten: laten praten. Stel geen tussenvragen en vraag niet door. Ook goedbedoelde uitingen als ‘O?’, ‘Nee!’, ‘Echt?’ en ‘Ja?’, ten teken dat je luistert, kunnen een gesprek in de kiem smoren. Zodra je puber praat: hou je mond. 

3. Vermijd onnodig oogcontact tijdens het gesprek

‘Wat kijk je nou, mam?’ Eén verkeerde blik kan het gesprek afbreken. Gesprekken met pubers werken beter als je zij aan zij staat, zit of loopt. Praat tijdens het afwassen, het autorijden, het wandelen of het televisiekijken. 

__________________

Onderwerp: geld

Vraag:

Mijn dochter werkt sinds kort, maar al het geld dat binnenkomt gaat er ook meteen weer uit aan Thuisbezorgd en allemaal pakketten van kledingwinkels aan de deur. Heb je tips voor hoe ik hier mee om moet gaan? 

Reactie Kluun:

Duidelijke vraag, duidelijk antwoord: laat het gebeuren. Je dochter werkt, dus ik neem aan dat ze zestien is. Ze werkt en verdient geld en geeft dat ook razendsnel weer uit. En tja, het principe van geld is nou eenmaal dat het maar één keer kan worden uitgegeven en dat geldt ook voor geld dat verdiend is door urenlang vakkenvullen, krantenwijken, koffie serveren en andere klusjes waar de vrije zaterdag voor opgeofferd moet worden. Gun haar om dat zelf te ervaren. 

Dit is waar de pubertijd voor bedoeld is: met vallen en opstaan autonoom worden, ook financieel. Ze zal niet door haar huisbaas (lees u) uit huis worden gezet, als haar banksaldo nul is. Ze zal niet omkomen van de honger als ze niet meer kan pinnen. 

Maar op is op. Dat betekent dat er dan niets meer over is voor koffie en snacks, niet voor chillen met vrienden, niet voor Thuisbezorgd en niet voor kleding. Ben daar consequent in. Ook niet lenen, want dat is alleen maar het probleem verleggen. 

Op de site van het Nibud, het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting, staat een leuke test. De Geldtypetest. Kinderen vanaf 15 jaar kunnen daarop ontdekken wat voor type ze zijn. Je dochter zal waarschijnlijk ontdekken dat ze een Big Spender is. 

__________________

Onderwerp: opruimen

Vraag:

Hoe vaak ik mijn dochter ook vraag om haar slaapkamer op te ruimen, het blijft een puinhoop. Ze is daardoor ook steeds van alles kwijt. Heb je een tip hoe ik ervoor kan zorgen dat haar slaapkamer een beetje geordend blijft zonder dat ik degene ben die het opruimt?


Reactie Kluun:

Puberslaapkamers zijn als de Action: je gaat erheen voor een glas of een ontbijtbord en komt eruit met van alles wat je niet had willen hebben. Een mok met een bodem ondefinieerbare groene drab. Een berg vuile was. Losse sokken. 

Ik leef met u mee. Maar laat me het weer eens voor de pubers opnemen. In de ogen van pubers wil iedereen hun leven bepalen. Leraren, ouders en andere bemoeiallen; een puber is de hele dag bezig zich te plooien naar de wensen van mensen die niks van hem of haar begrijpen. Er is maar één plek waar pubers veilig zijn, waar ze kunnen doen en laten wat ze willen, waar ze zich niks van alle bemoeiallen in hun leven hoeven aan te trekken: hun kamer. De puberkamer is de ultieme illustratie van de puberteit: pubers zitten in de fase van hun leven waarin ze van kind, voor wie alles geregeld wordt, veranderen in iemand die alles zelf wil en moet regelen, maar die geen idee heeft hoe dat moet. Laat het zo zijn. Ongeorganiseerdheid hoort bij de puber. Op school moeten pubers al alles zelf uitzoeken, plannen en organiseren: welk lokaal, wanneer welk proefwerk, hoeveel huiswerk. Thuis is thuis. Thuis willen ze niks hoeven. En dat manifesteert zich eerst en vooral in de eigen kamer, die er vaak uitziet als het kampeerterrein van Lowlands the day after.

Als ouder weet u wat psychologen steeds benadrukken: de puberkamer is van de puber en behoort tot zijn of haar persoonlijke domein, maar de kamer ligt wel in uw huis en zolang de puber thuis woont is er wel één basisregel:

DE SLAAPKAMER MOET BEGAANBAAR BLIJVEN.

En dus ja, hoewel de teringbende niet direct is bedoeld om u te pesten, kunt u wel degelijk duidelijk maken dat u het belangrijk vindt dat uw huis, en dus ook zijn of haar kamer, begaanbaar blijft zonder levensgevaar. Hoe doet u dat?

Tip 1: Een puber zonder hulp zijn of haar kamer laten opruimen is aan een marathon beginnen zonder te trainen. Vraag of u uw puber mag helpen en spreek af wanneer. Doe het samen.

Tip 2: Ik ken uw huishouden niet, maar mark my words: als uw huis een puinhoop is, zullen de jij-bakken u om de oren vliegen zodra u begint de foeteren over de zooi in de puberkamer. En terecht.

Tip 3: Uw puber zal vermoedelijk nooit uit zichzelf zijn kamer opruimen. U kunt daar ruzie over blijven maken, maar u wint de strijd nooit. Stel daarom simpele regels op voor de puberkamer: niet roken, niet blowen, geen muren slopen en alles wat niet in de wasmand ligt, wordt niet gewassen. En je zooi opruimen doe je zelf, elke week.

__________________

Onderwerp: school

Vraag:

De laatste tijd is mijn puber gewoon niet te motiveren om goeie cijfers te halen. Het boeit hem gewoon niet dat hij niet over gaat. Hoe overtuig ik hem om weer aan het werk te gaan?

Reactie Kluun:

Huiswerk, leren, school: de jarenlange splijtzwam tussen pubers en de rest van de wereld. De puber die wil leven versus de volwassenen die willen dat de puber leert, goede cijfers haalt en overgaat. En dit vijf dagen per week, jaar na jaar. 

O ironie, in de jaren dat het menselijke brein het makkelijkst kennis opneemt, heeft de mens zelf daar het minst zin in.

Een discussie met een puber over huiswerk en een op handen zijnde toets is het beste recept om de sfeer in huis te laten ontploffen. 

Als ouders weten we dat het natuurlijk niet gaat werken om pas de dag voor de toets aan die natuurkundeformules te beginnen. Als ouders weten we dat een scriptie zich niet in één weekend laat schrijven. Als ouders weten we dat het voorbereiden van een spreekbeurt behoorlijk veel tijd vergt. Is allemaal waar. Maar ouders zijn geen pubers.

U wint de strijd niet. Hoe meer druk u zet, hoe meer uw kind het als uw probleem en uw verantwoordelijkheid gaat zien. 

Kent u die uitspraak van Paulo Coelho? People never learn from being told. They have to find out for themselves. Gun pubers hun levenslessen.